Licht waar nodig, donker waar het kan. Het is algemeen bekend dat een sterk verlichte omgeving een verstorend effect heeft op de aanwezige fauna. Ook de veelgebruikte groene lampen hebben dat verstorende effect. Het doet ons goed dat dit in Smallingerland ook wordt erkend. Dat we met deze maatregelen tevens de kosten op openbare verlichting kunnen terugdringen is dan ook een gunstige bijkomstigheid, maar wat GroenLinks betreft is dat geen hoofdzaak en in dat licht lezen we ook het voorliggende stuk.

GroenLinks onderkent de problemen omtrent verkeersveiligheid en sociale veiligheid. Goed verlichte straten en fietspaden ogen dan misschien wel veilig, maar hoeven dat niet te zijn. Een goed verlichte overzichtelijke weg nodigt immers uit tot onzorgvuldig rijgedrag en goed verlichte fietspaden in het buitengebied zonder sociale controle zijn net zo veilig als niet verlichte fietspaden. Dat betekend niet dat we onze ogen moeten sluiten voor mogelijke negatieve gevolgen van het terugdringen van de lichtvervuiling.

Het ogenschijnlijke gebrek aan sociale veiligheid door het doven van de straatverlichting in het buitengebied, kan er toe leiden dat mensen in plaats van de fiets eerder de auto pakken. Daarom de vraag aan het college om na te denken over ecodynamische fietspadverlichting op trajecten die daar om vragen. Denk bijvoorbeeld aan de snelfietsroute tussen Drachten en Ureterp. Een fietspad voorzien van verlichting met slimme sensoren die rekening houden met de gebruikers en tevens inspelen op de natuurlijke lichtkleur van de avond, nacht en ochtend.

GroenLinks begrijpt de keuzes van het college en kan zich vinden in de voorgestelde plannen, maar vraagt het college wel om een terugkoppeling één jaar na invoering van het beleid en dat onveilige situaties snel en adequaat worden aanpakt.